Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Omwriemelen

betekenis & definitie

I. (wriemelde om, heeft omgewriemeld), her- en denvaarts wriemelen, aanhoudend zich heen en weder bewegen: duizenden van mieren wriemelden op de grond om; van de toren zag hij neder opeen onmriemelende schare;

II. (omwriemelde, heeft omwriemeld), wriemelend omgeven: wij zagen uit de verte een onafzienbare volksmenigte de stoet omwriemelen.

< >