Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Omstormen

betekenis & definitie

I. (stormde om, heeft en is omgestormd),

1. door de kracht van de storm omslaan: er zijn een aantal zware bomen omgestormd;
2. om iets heen stormen: de jongens zijn de markt omgestormd;
3. iets door de werking van een stormwind doen omvallen: de orkaan heeft een paar huisjes omgestormd;
4. (van muren enz.) doen omvallen en instorten door ze te bestormen: zij stormden met de ram de dikke muren om;

II. (omstormde, heeft omstormd),

1. stormend, als storm omgeven;
2. aan alle kanten stormenderhand aantasten: de bloedzuchtige menigte omstormt de tempel.

< >