Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

Gepubliceerd op 28-09-2020

mata

betekenis & definitie

(de, -’s), grote, houten vijzel voor voedselbereiding; stampblok. De bananen iets laten afkoelen en stampen in de mata of fijn maken met een aardappelstamper of een vork.

Echte tomtom wordt in de mata gestampt (S&S 67). - Etym.: S, van E mortar (vijzel) volgens BN 120: 89; 1980. Volgens Stedman (1796: 210) is K matta een steen waarop men iets fijn wrijft.
- Zie ook: mat (II), koffiemat.

< >