Encyclopedia van Rotterdam

Rotterdam (2017)

Gepubliceerd op 12-01-2017

Justus van Effencomplex

betekenis & definitie

Het Justus van Effencomplex is in 1918 ontworpen door de Rotterdamse architect Michiel Brinkman. De opdracht kwam van ir.

A. Plate, toenmalig directeur van de Gemeentelijke Woningdienst. Hij wilde de huisvestiging voor de minst draagkrachtigen verbeteren. Het idee was om via een groot complex veel mensen tegelijk aan een woning te helpen. In september 1922 werd het complex voor de eerste keer opgeleverd, fonkelnieuw en hypermodern.Het wooncomplex is opgetrokken uit gele IJsselsteen en roodbruine baksteen en bestaat uit vier woonlagen met een plat dak. Het complex heeft een omtrek van 80 bij 150 meter en telt vier ingangen. Het blok omsluit een binnenterrein waar wat kleinere huizenblokken staan. De voordeuren van de woningen liggen aan het groene binnenterrein en niet, zoals gebruikelijk, aan de omliggende straten, waardoor het woonblok de intieme sfeer heeft van een dorpje in de stad. Het telde in totaal 264 woningen.

De woningen bestaan uit één etage woningen op de begane grond en op de eerste verdieping. Hierboven op zijn maisonnettes gevormd op de derde en vierde woonlaag met een entree op de galerij. De woningen hebben centrale verwarming (voor het eerst toegepast in de volkswoningbouw in Nederland). Bovendien waren er allerlei voorzieningen in het complex gemeenschappelijk, zoals wassen, drogen en strijken. Die opzet zou bijdragen aan de saamhorigheid van de bewoners, zo hoopte architect Brinkman.

Het gebruik van een galerij, een verhoogde woonstraat aan de binnenkant van het blok, werd toen in Nederland nog nergens toegepast. De brede galerij langs de tweede verdieping maakte het bakkers en melkboeren mogelijk om met hun karren naar boven te gaan. De galerij is van zeer grote invloed geweest op de Nederlandse architectuur. Ze dient als inspiratie zoals bij eerste galerijflat van Nederland, de Bergpolderflat van Willem van Tijen.

< >