Pim Fortuyn was socioloog en politicus; behaalt in 2001 met Leefbaar Rotterdam een grote overwinning bij de gemeenteraadsverkiezing. Werd in 2002 vermoord.
Pim Fortuyn wordt op 19 februari 1948 als Wilhelmus Simon Petrus Fortuijn geboren in Velsen in een rooms-katholiek gezin dat zes kinderen telt. Na de hbs gaat hij in Amsterdam sociologie studeren. In 1971 studeert hij af aan de Vrije Universiteit. In 1980 promoveert Fortuyn aan de Rijksuniversiteit Groningen tot doctor in de Sociale Wetenschappen.
In 1988 verhuist hij vanuit Groningen naar Rotterdam. Van 1988 tot 1992 is hij directeur (projectmanager) van de ov-Studentenkaart bv. Zijn optreden wordt als uitstekend beoordeeld. Fortuyn haalt vaak de pers en verwerft landelijke bekendheid als directeur van dit bureau. In het najaar van 1990 volgt Fortuyns benoeming aan de Erasmus Universiteit tot bijzonder hoogleraar Arbeidsvoorwaardenbeleid met als onderzoeksgebied de studie naar ambtelijke arbeidsverhoudingen. Zijn deeltijd-hoogleraarschap voor één dag in de week is wetenschappelijk gesproken geen succes, hij laat zich nauwelijks zien op de universiteit en trekt weinig studenten, waardoor zijn aanstelling inzet van discussie wordt.
In 1995 houdt Fortuyn zijn afscheidsrede getiteld Uw baan staat op de tocht! Over zijn privé-leven doet Fortuyn uitgebreid verslag in zijn autobiografie Babyboomers. Autobiografie van een generatie. Fortuyn is openlijk homoseksueel. In 1993 ontmoet hij in Rotterdam zijn grote liefde, een 33-jarige fotograaf. Hij heeft zes jaar een moeizame relatie en wordt uiteindelijk in 1999 afgewezen. Vanaf 1998 woont hij aan het G.W. Burgerplein 11, zijn woning noemt hij ‘Palazzo di Pietro’.