Gezegden

Riemer Reinsma (1998)

Gepubliceerd op 17-04-2025

Zomerend

betekenis & definitie

Kun je spreken van een zomerende periode?

Nee; het moet een periode waarin het zomert zijn. Hoe komt dit? Zomeren (‘zomerweer zijn of worden’) is een onpersoonlijk werkwoord. Dit betekent dat het alleen met het onderwerp het gecombineerd kan worden: het zomert, het heeft vorig jaar lekker gezomerd, het wil maar niet zomeren. Sneeuwen, regenen, enz. zijn ook onpersoonlijke werkwoorden.

Een zomerende periode impliceert dat ‘een periode’ een bepaalde handeling uitvoert, namelijk ‘zomeren’. De woordgroep is te herschrijven tot ‘een periode die zomert’. Bij het werkwoord zomeren is echter alleen het onpersoonlijk voornaamwoord het mogelijk als onderwerp: het zomert is goed, de periode zomert niet.

Een zomerende periode is dus niet juist, net zo min als bijvoorbeeld een regenende periode.

< >