Waarschuw je iemand voor een gevaar of tegen een gevaar?
Waarschuwen kan zowel met het voorzetsel voor als met het voorzetsel tegen gecombineerd worden. Voor heeft hier echter de voorkeur. Volgens sommige naslagwerken is er een betekenisverschil. Van Dale vermeldt (vanaf de tiende druk uit 1976): iemand voor een gevaar waarschuwen ‘opmerkzaam maken op het gevaar dat men uit zekere oorzaak zal ondervinden’ en waarschuwen tegen het roken ‘als mogelijk schadelijk afraden’.
Hieruit valt af te leiden dat je iemand waarschuwt tegen een mogelijk gevaar en voor een bestaand gevaar.
Als het om personen gaat, gebruiken we altijd waarschuwen voor. ‘Ik heb je nog zo voor die man gewaarschuwd.’
