Als je iemand uit zijn tent lokt, wil dat zeggen dat je hem zo ver krijgt dat hij zich over iets uit, of dat hij eindelijk handelend gaat optreden. De eerste in de geschiedenis die uit zijn tent gelokt werd, was Achilles. Het verhaal is ontleend aan een episode uit de Trojaanse oorlog. De Griekse held - en halfgod - heeft zich in zijn tent teruggetrokken uit wrok over het onrecht dat hem is aangedaan. Aanleiding tot de problemen was een pestepidemie die in het Griekse leger was uitgebroken; de ziekte was hun als straf gezonden door Apollo. De god was namelijk woedend omdat de Grieken het meisje Chryseïs - dochter van een Apollo-priester - als oorlogsbuit hadden meegenomen. Sindsdien was zij in handen van de Griekse aanvoerder Agamemnon.
Agamemnon toont zich wel bereid om Chryseïs af te staan, maar hij eist een compensatie: in ruil voor Chryseïs eist hij Achilles’ slavin Briseïs. Achilles voldoet aan dit verlangen, maar sluit zich, zoals gezegd, boos in zijn tent op. Bij zijn moeder, de godin Thetis, doet hij zijn beklag. Vanaf dat moment zorgt Thetis ervoor dat de Grieken permanent nederlagen lijden, en daarmee wordt duidelijk hoe onmisbaar de in zijn tent kniezende Achilles is. De ommekeer komt wanneer Patroclus, de onafscheidelijke krijgsmakker van Achilles, in een gevecht sneuvelt. Agamemnon biedt Achilles nu zijn excuses aan, plus Briseïs, plus vele cadeaus. En zo komt de held zijn tent weer uit.