Dit betekent te hoog gegrepen, te ambitieus. Dit gevleugelde woord is afkomstig van de Britse luitenant-generaal Frederick Browning. Het waren profetische woorden, die hij uitsprak op 10 september 1944. Op die dag werd in het hoofdkwartier van de Britse veldmaarschalk Montgomery de laatste conferentie gehouden ter voorbereiding van operatie Market Garden. Dit was de codenaam voor een vermetel plan: een geallieerde opmars met tanks vanuit het bevrijde België tot over de Rijnbrug in Arnhem. Het was aan de Britse luchtlandingstroepen om deze brug op de Duitsers te veroveren, zodat de geallieerden hun opmars naar Duitsland van daar uit konden vervolgen.
Tijdens een vergadering waarin de actie werd voorbereid vroeg Browning, hoeveel tijd de tanks nodig zouden hebben om het luchtlandingsleger bij Arnhem te bereiken. Montgomery: ‘Twee dagen.’ Browning gaf toe: ‘We kunnen het vier dagen uithouden.’ Om onmiddellijk daarna te laten volgen: ‘Maar toch geloof ik dat we wel eens een brug te ver konden gaan.’
Market Garden begon op 17 september. Curieus was, dat het plan uit de koker van Montgomery kwam, die anders juist de voorzichtigheid zelve was. Het plan was vooral gecompliceerd omdat er maar liefst vier belangrijke bruggen op de route lagen; behalve de genoemde Rijnbrug ook een brug over het Wilhelminakanaal (bij Son), de Maas (bij Grave) en de Waal (Nijmegen). Zoals bekend slaagden de Britten er niet in, de Rijnbrug te veroveren, en de opmars liep dood. Achteraf beweerde Montgomery dat Market Garden voor tachtig procent geslaagd was. Hij bedoelde dat drie van de vier bruggen inderdaad veroverd waren. Maar om naar Duitsland te kunnen gaan hadden de geallieerden nou juist die vierde nodig.