Definities van Prisma Woordenboek Nederlands in de Ensie B
- buiig
- buik
- buikband
- buikdans
- buikdanseres
- buikgriep
- buikholte
- buikig
- buikje
- buiklanding
- buikloop
- buikpijn
- buikriem
- buikspreken
- buikvin
- buikvlies
- buil
- building
- builen
- buis
- buiswater
- buit
- buitelen
- buiten
- buitenaards
- buitenaf
- buitenbaan
- buitenband
- buitenbeentje
- buitenbocht
- buitenboord
- buitenboordmotor
- buitendeur
- buitendien
- buitendienst
- buitendijks
- buitenechtelijk
- buitengaats
- buitengemeen
- buitengerechtelijk
- buitengewoon
- buitengoed
- buitengooien
- buitenhaven
- buitenhouden
- buitenhuis
- buitenissig
- buitenkans
- buitenkant
- buitenkerkelijk
- buitenland
- buitenlander
- buitenlands
- buitenleven
- buitenlucht
- buitenmate
- buitenmens
- buitenom
- buitenparlementair
- buitenplaats
- buitenschools
- buitenshuis
- buitenslands
- buitensluiten
- buitenspel
- buitensporig
- buitenst
- buitenstaander
- buitenverblijf
- buitenvliegen
- buitenwaarts
- buitenwacht
- buitenwater
- buitenwereld
- buitenwijk
- buitenwipper
- buitenzetten
- buitenzijde
- buitenzintuiglijk
- buitmaken
- buizen
- buizerd
- bukken
- buks
- buksboom
- bul
- bulderen
- buldog
- bulgur
- bulk
- bulkboek
- bulken
- bulldozer
- bullebak
- bullenpees
- bulletin
- bullshit
- bully
- BuLo
- bult