1. de bekende-, het oude liedje. Gezegd van iets dat voortdurend opnieuw gehoord wordt en bijgevolg een cliché geworden is. Informele uitdr.
Het is weer de bekende riedel van vrouwenorganisaties. Hun kritiek gaat alleen maar over wat er in onze nota allemaal ontbreekt, niet over wat er wèl staat. (Trouw, 02/02/96)
2. de hele-, de hele reeks, rij. Informele uitdr. Vgl .de hele reut(emeteut).
Er viel nog zoveel te verbeteren, er waren zoveel achterstanden, zoveel ongelijkheid. Als ik die hele riedel hoorde, vroeg ik me af wat er dan nog beter kon, en vooral waar, want Nederland was onder de socialistische minister-president J. den Uyl een van de welvarendste landen ter wereld. (HP/De Tijd, 13/09/91)
De hele riedel werkt hij af om te besluiten met een vraag... (Megchel Doewina: De vliegende hollan- der, 1992)
3. een - (weg)geven, politiek slang voor ‘een speech, een clichématige toespraak houden’. Het woord riedel (vermoedelijk klanknabootsend gevormd) komt uit het muzikantenmilieu en bet. oorspr. ‘herhalingsthema, refrein of klankenreeks’. Ook komt het voor in de bet. ‘geregeld terugkerende leus’. Het werkwoord riedelen wordt enkel door muzikanten gebruikt. Het bet. gewoon ‘op een mechanische manier musiceren; een stereotiep loopje (op zijn instrument, meestal een piano) spelen’.
Zodoende leek het de gladgeschoren afdelingsvoorzitter aardig om kroonpretendent Felix Rottenberg te laten interviewen door een journalist, in plaats van hem achter het katheder z’n eigen riedel te laten afsteken. (HP/De Tijd, 14/02/92) Europa is beslist nog niet perfect, zo luidt hun vaste riedel, maar jullie ‘oui’ is morgen juist nodig om met behulp van Maastricht de Europese Gemeenschap te repareren. (Het Parool, 19/09/92)
Wat is er, naast het aanstellen van een derde onderhandelaar en de obligate riedel over strengere economische sancties en de vervolging van oorlogsmisdadigers, dan opmerkelijk aan dit Amerikaanse beleid? (De Volkskrant, 12/02/93)
Hij zei nog net niet: Nederland zit toch al zo vol. Maar hij hield een vreemde riedel. Zo van: er is in de maatschappij steeds meer discussie over vreemdelingen. (Vrij Nederland, 04/12/93)
Weer volgde een lange riedel over jongeren die vooral niet langer lijdzaam langs de kant moesten toezien. Het begon me te vervelen. (Nieuwe Revu, 30/03/94)
4. - nemen, slanguitdr. voor ‘ervandoor gaan’.
