Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Universalia

betekenis & definitie

Universalia heeten in de scholastieke filosofie : de soortbegrippen (genera en species, b.v. eik, paard), aangaande welke (onder den invloed eener passage uit Boethius’ vertaling van Porfyrius’ Inleiding tot de Kategorieën van Aristoteles) de vraag wordt opgeworpen : „of zij een zelfstandig bestaan hebben dan wel in het bloote verstand liggen, of zij als lichamelijk dan wel als onlichamelijk existeeren, en verder : gescheiden van de zinnelijk waarneembare dingen dan wel alleen in deze”. Uiteenloopende antwoorden werden hierop gegeven door het realisme (Anselmus), nominalisme en terminisme (Roscellinus, Occam) en bemiddelend het sermonisme (conceptualisme, Abélard en Suppl.).

< >