Tonijn

betekenis & definitie

Tonijn - Thynnus vulgaris, een visch, verwant met den makreel, maar veel grooter, tot 4 M. lang en 600 K.G. zwaar; rug blauwgroen, onderkant grijs met zilverachtige vlekken; staart puntig, diep gespleten; tusschen tweeden rugvin en staart en tusschen staart en aarsvin bevinden zich een groot aantal gele, zwartgerande vinnetjes. Leeft in de Middellandsche zee en trekt in het voorjaar in groote scharen naar de kusten om kuit te schieten. De t. worden op verschillende plaatsen, b.v. aan de kusten van Sardinië en Sicilië, in massa’s gevangen en wel op verschillende wijzen: met haken, harpoenen, netten, maar vooral met reusachtige fuiken, die uit verschillende afdeelingen bestaan; de visschen zwemmen hierin en kunnen er niet meer uitkomen; zijn er genoeg in de laatste afdeeling, de „doodenkamer”, dan worden zij, daar het net te zwaar is om binnen te halen, met knuppels gedood. Het vleesch wordt gedroogd of gezouten en is een belangrijk voedingsartikel.