Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

New-Haven

betekenis & definitie

New-Haven, - 1) grootste stad van den staat Connecticut (Ver. St.), 162.000 inw. (1920), aan de Long-Island-Sound. Hoewel reeds in 1683 gesticht, telde de stad in 1800 nauwelijks 4000 inw. Den grooten vooruitgang gedurende de 19e eeuw dankt zij aan de ontwikkeling van handel, scheepvaart en industrie.

Als havenplaats is zij slechts bij vloed voor schepen van 8 Meter diepgang te bereiken. Industrie van wapens en rubberartikelen. N.-H. is als geestelijk middelpunt bijzonder belangrijk door de Yale Universiteit.

2) Eng. zeehaven in graafschap Sussex, aan de Ouse, bij haar mond in ’t Kanaal, aan een tak van den South-Coastspoorw.; ten O. van Brighton, 7000 inw.; overvaartplaats naar Dieppe (Fr.), afstand: 108 K.M.

< >