Loodlegeeringen - worden in hoofdzaak gemaakt om een materiaal te krijgen van grooter hardheid dan het lood of van een nog lager smeltpunt. Voorbeelden van het eerste zijn loodzink-alliages, die als lagermetaal dienen en het lettermetaal, dat uit lood, antimoon en tin bestaat. Het eenvoudigste voorbeeld, waarbij de smeltpuntsverlaging tot het allieeren van lood heeft geleid, is het gewone tinsoldeer, alliages van lood en tin, waarvan die met 65% tin het laagste smeltpunt heeft.
Dergelijke alliages van verschillend tingehalte worden ook voor vaatwerk gebruikt, waarbij het gehalte aan lood vooral bij de loodrijkere legeeringen tot voorzichtigheid bij gebruik met zure vloeistoffen, als azijn, wijn of limonade moeten aanmanen. Door toevoeging van een derde (bismuth) of vierde (antimoon of cadmium metaal) kunnen nog gemakkelijker smeltbare alliages worden verkregen, zooals Rose’s metaal, Newton’s of D’Arcet metaal, Lichtenberg’s metaal, Queen’s metaal, Wood’s metaal, Lippowitz’ metaal.