Smeltpunt - temperatuur, waarbij een vaste stof tot vloeistof wordt. Voor dezen overgang is toevoer van warmte, de smeltingswarmte, noodig. Omgekeerd zal een vloeistof, tot het s. afgekoeld, bij verdere afkoeling vast worden (stollen).
Het s. hangt af van den druk, in dier voege, dat het s. met toenemenden druk toe- of afneemt, al naar gelang het volume bij het smelten toe- of afneemt. Bij water b.v., dat ontstaat door het smelten van ijs, neemt het volume af; overeenkomstig hiermede wordt het s. verlaagd bij toenemenden druk.
