Kassierspapier

betekenis & definitie

Kassierspapier - kaskwitanties en assignaties aan toonder, waarmede over tegoed bij een kassier wordt beschikt. — Deze papieren moeten de juiste dagteekening der uitgifte inhouden (221 K.). Gedurende 10 dagen na de dagteekening, dien dag niet daaronder begrepen, is de oorspronkelijke uitgever tegenover iederen houder voor de voldoening aansprakelijk (222 K.). Zijn verantwoordelijkheid blijft echter voortduren, indien hij niet bewijst, dat hij, gedurende den vermelden termijn, gereede penningen ten beloope van het uitgegeven papier bij den persoon op wien het is afgegeven, heeft gehad en dat hij die penningen sedert bij hem heeft gelaten (223 K.). Hieromtrent kan een eed van hem worden gevorderd (229 K.). De oorspr. uitgever, die ingevolge het voorgaande, van alle verantwoordelijkheid is bevrijd, is niettemin verplicht aan den houder te diens kosten de noodige bewijsstukken te verschaffen, teneinde zijn recht te doen gelden tegen dengene op wien het papier is afgegeven (224 K.). Buiten den oorspr. uitgever blijft een ieder, die het papier in betaling heeft gegeven, gedurende 3 dagen, den dag van in betaling geven niet daaronder begrepen, aansprakelijk jegens hem, die het van hem heeft ontvangen (225 K.). — Indien hij, die een of meer kwitantiën of assignaties aan toonder (chèques) op zijn kassier heeft afgegeven, later in staat van faillissement is verklaard, is de kassier niettemin bevoegd uit de daartoe voorhanden zijnde gelden met de betaling dier kwitantiën of assignaties voort te gaan, totdat daartegen verzet wordt gedaan. Geschiedt dit, of is de kassier niet met betalen voortgegaan, zoo moeten de penningen, welke de kassier van den failliet onder zich heeft, afgezonderd blijven teneinde daaruit de houders van vóór het faill. deugdelijk afgegeven kwitanties of assignaties bij voorrang boven andere schuldeischers te voldoen, hetzij in het geheel of pondpondsgelijk zonder onderscheid van de dagteekening van het papier (226 K.). — Zie verder nog artt. 228 en 229 K.