Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Goes (frank van der)

betekenis & definitie

Goes (frank van der) - Nederl. socioloog, geb. 1859 te Amsterdam, begon, schoon na zijn opleiding aan de H. B. S. 5-j. c. voor den handel bestemd, reeds vroeg aan periodieken bijdragen te leveren, o. a. aan „het Tooneel”, dat hij van 1877—84 redigeerde, en aan „de Amsterdammer”, tot hij in 1885 „de Nieuwe Gids” mee oprichtte. In de sociale beweging van zijn dagen, in ’t bijzonder van zijn stad, stelde hij veel belang. Nadat hij wegens zijn radicale begrippen van de Beurs was gedrongen, sloot hij zich in 1890 openlijk bij den Soc. Dem. Bond aan, waarvoor hij sterk ijverde, totdat hij na een hevige polemiek tegen „Recht voor Allen”, het orgaan van den anarchistisch gezinden Domela Nieuwenhuis, uit den Bond gestooten, evenals Troelstra en Schaper een der „12 apostelen” werd, wier manifest in 1894 tot de oprichting van „de S. D. A. P. in Nederland” leidde, welker taak het zou zijn, het Nederlandsche proletariaat te doen deelen in den internationalen strijd der arbeidersklasse en welke daarvoor het kiesrecht wilde veroveren en gebruiken als wapen. — Behalve in bovengenoemde tijdschriften schreef v. d. G. in „de Nieuwe Tijd” (1895 v.v.) en „de Sociale Gids” (1916 v.v.), van welke beide maandschriften hij mederedacteur is.

< >