Gaszner - (Joh. Joseph), duivelbanner, geb. 1727 te Bratz, was R.-Kath. priester in het bisdom Chur. Geloovende, dat de meeste ziekten door booze geesten voortkwamen, begon hij hen door zegenspreuken en gebeden te verdrijven. Te Ellwangen genas hij vooral blinden en lammen, alsmede epileptici door het wachtwoord „Cesset” (d. i. hij wijke, nl. de duivel). Doch al spoedig verhieven verlichte mannen hun stem tegen hem en ook de aartsbisschoppen van Praag en Salzburg veroordeelden in herderlijke brieven zijn optreden.
Een keizerlijk bevel maakte aan deze wonderkuren in het geheele Roomsche rijk een einde. G. trok zich terug naar Bondorf bij Regensburg en stierf 1779. — Vgl. Stierke, Schwärmer und Schwindler zum Ende des 18 Jahrh. (Leipz. 1874); J. A. Zimmermann, Joh. Jos. Gaszner, der berühmte Exorcist. (Kempten 1878).