Förster (wendelin) - Duitsch romanist en latinist, geb. te Wildschütz (Bohemen) in 1844. Na eenige jaren leeraar aan het Gymnasium te Brünn en te Weenen geweest te zijn, verbleef hij eenige jaren in Italië en Frankrijk, werd in 1874 hoogleeraar te Praag en eindelijk de opvolger van Fr. Diez te Bonn.
Zijn talrijke werken en kritische uitgaven hebben vooral betrekking op de oud-Fr. taal- en letterkunde. De voornaamste zijn: Quaestiones Horatianae (1869), Aiol et Elie de Saint—Gille (1876—1882), las Mocedades de Cidde G. de Castro (1878), V Ysopet de Lyon (1882), les Tragédies de Robert Garnier (1882—1883), la Chanson de Roland reproduite exactement d'après les manuscrits, de werken van Chrètien de Troyes (Cligis, Yvain, Erec et Enide) en het Tretté de la Grammere frangoeze van Louis Meigret (1888).