Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2018

Dancla

betekenis & definitie

Dancla (Jean Baptiste Charles), geb. 1818 te Bagnères de Bigarre (Hautes Pyrénées), overl. in 1907 in Tunis, violist, leerling van Baillot, en van Berton en Halévy voor de compositie, werd 1834 benoemd tot 2den solo-violist a. d. Opéra comique te Parijs, later tot concertmeester van de Conservatoire-concerten en professor i. h. vioolspel a. h. Conservatoire. D. heeft veel gecomponeerd, o. a. vioolconcerten en kamermuziek; die composities kent niemand meer, maar zijne studie-werken blijken nog steeds bruikbaar materiaal te zijn bij het onderwijs. D. schreef ook eenige brochures, o. a., tegen Gounod, Les Compositeurs chefs d'orchestre (1873).

D. gaf te Parijs kwartet-avonden, waarvan een groote roep uitging; daarbij werkten twee van zijne broeders mee: Arnaud (1820-1862) violoncellist, en Léopold (1823-1895) violist. De laatste was eveneens Professor a. h. Conservatorium, en componeerde goede etuden, fantaisiën, enz.

< >