Budaeus - (Guillaume Budé), 1467—1540, geb. te Parijs, een der grootste geleerden op het gebied der Gr. letterk., aan wien Frankrijk het voornamel. dankte, dat het Italië van de eerste plaats verdrong. Met zijne „annotaties” op de Pandecten (1508) heeft hij een nieuw tijdvak in de studie van het Rom. recht geopend en door zijne verhandeling De Asse (1515) werd hij de eerste ernstige beoefenaar van het Rom. muntwezen: het beleefde in 20 jaren 10 uitgaven en zou de afgunst van Erasmus hebben opgewekt. In 1520 publiceerde hij een verzameling brieven, waaronder verscheidene Gr, en sedert stond hij naast Erasmus in de eerste rij der geleerden. Het boekje De Philologia (1530) is een pleidooi voor de klassieke philologie in den vorm van een dialoog tusschen B. en Frans I. In zijn De Transitu Hellenismi ad Christianismum (1534) beschrijft hij de Gr. philosophie als een voorschool voor het Christendom.
Zijn Fransche verhandeling de l’Institution du Prince, geschreven 1516, gedrukt 1547, betoogt, dat ieder mensch, zelfs een koning, zich aan de philologie behoort te wijden. Zijn belangrijkste daad is wel geweest, dat hij Frans I heeft overreed om 1530 de corporatie te stichten, die zich veel later heeft ontwikkeld tot het „Collége de France”. Zijn standbeeld neemt daarin ook de eereplaats in. Scaliger zeide van hem: „(Ça esté le plus grand Grec de l’Europe”. Zijn leven is beschreven door Louis le Roy (1540 — 41).
