Boyacá - departement in de Oostelijke Cordillera’s van Columbia, Z.-Amerika, oppervl. 45.723 K. M2; 587.000 inw. Het gebergte is er rijk aan delfstoffen, vooral zout en koper. Het O. reikt tot in de laagvlakte van den Orinoco en wordt door enkele zijrivieren van de Meta besproeid; men neemt hier proeven met de aanplant van katoen. De hoofdplaats Tunja heeft 9000 inwoners en is geheel vervallen.
Grooter is Sogamaso met 15.000 inwoners, dat profiteert van den handel met de Llano’s in het O., o. a. die van Labranza Grande Chiquinquira in ’t gebergte in ’t N., met 14.700 inw.; is een oude, vermaarde bedevaartplaats. Het departement heeft zijn naam van het dorp B. (ten Z. O. van Tunja), waar Bolivar in Aug. 1819 de overwinning behaalde, die NieuwGranada voor goed van de Spaansche heerschappij bevrijdde.