Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-12-2018

Birmingham (engeland))

betekenis & definitie

Birmingham (engeland)) - Birmingham, groote industriestad in het Eng. graafsch., in het Z. van het Penninisch-gebergte, 560.000 inw. Zij heeft haar opkomst te danken gehad aan het „Black country”, een uitgestiekt kolenveld op de waterscheiding tusschen Sevem en Trent, dat nu echter zoo goed als uitgeput is. De industrie van B. is bovenal kleinmetaalindustrie voor alle mogelijke artikelen: machines, wapens, naalden, pennen; ook spoorwagens, glas-, leer-, goud- en zilverwaren, onechte juweelen, papier-maché, enz. Het is tevens een druk centrum van verkeerswegen; door het Worcester-and-Birmingham-kanaal staat B. in verbinding met het uitgebreide kanaalstelsel van Centraal-Engeland.

Verschillende spoorwegen, als de Londen-North-Western, Midland Railway en Great-Westernlijnen komen hier samen. Talrijke voorsteden, als Harborne, Handsworth, Moseley, Yardley, omgeven de stad. Ofschoon in den laatsten tijd door verbouwingen veel verbeterd, maakt het centrale stadsgedeelte, als echte industriestad een onaangenamen indruk; de arbeidersbevolking woont in gedeeltel. ruim gebouwde wijken, de z.g. peripherie, waardoor B. een grooten omvang bereikt; de groote fabrikanten wonen in de Noordwestelijke villa-wijk Edgbaston. Te B. is een Ned. consulaat gevestigd. — Tengevolge van de jonge ontwikkeling van de stad hebben de meeste openbare gebouwen een modern karakter, b.v. het in Romeinschen stijl ontworpen stadhuis, het Counsel-House, de beurs, de Bingley Hall en talrijke kerken. Belangrijke inricht. van onderwijs zijn de B.-and-Midlandinstitute, Queenscollege (onderdeel van de Londensche Universiteit), een polytechn. school, enkele seminarie’s voor verschillende gezindten, enz. B. is zetel van een bisschop.

< >