Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 15-06-2020

zeehaas

betekenis & definitie

m. (-hazen),

1. Aplysia, geslacht van zeer grote (tot 75 cm) zeenaaktslakken (e);
2. de vissoort →snotolf.

(e) De schelp van de zeehaas is klein en geheel inwendig. De dieren ontlenen hun naam aan de twee rinoforen, zintuigorganen achter de tentakels op de kop, die getordeerd zijn en zodoende aan de oren van een haas doen denken. Alle zeehazen scheiden in geval van gevaar een wolkje purperen vloeistof af. Zeehazen komen wijd verspreid voor, maar zijn vooral bekend van tropische en subtropische kusten (ook in de Noordzee). De reuzenzeehaas van Californië wordt tot 75 cm lang (de Noordzeesoort hooguit 10 cm).

< >