Fedde, Fries dichter en journalist, *25.7.1898 te Drachten, ♱19.3.1968 te Fleerenveen. Schurer was onderwijzer te Lemmer en Amsterdam.
Van 1946—63 was hij hoofdredacteur van de Friese Koerier te Heerenveen en van 1956—63 lid van de Tweede Kamer voor de Partij van de Arbeid. In 1945 ontving Schurer de regeringsprijs voor Ned. verzetslitteratuur en in 1949 de ‘Gysbert Japiks-prijs’. Door een striemend artikel over taalonrecht veroorzaakte hij het strafproces Kneppelfreed, waardoor de Friese Beweging werd gestimuleerd. Vooral in de naoorlogse Friese letterkunde speelde Schurer, als redacteur van De Tsjerne, een belangrijke rol. Werken: ● Fersen (1925), ● Simson, bibelsk drama (1945; ook in het Nederlands), ● Bonifatius (1954; ook in het Nederlands), ● Frysk psalmen gesangboek (1955; officieel door de Ned. Herv.
Kerk aanvaard), ● Beam en bast (1963; verhalen), ● Brood op het water (1963; krantenartikelen), ● De bisleine spegel (1969; onvoltooide autobiografie; Ned. De beslagen spiegel). Uitgave: ● Samle fersen, door D.A.Tamminga (1974). LITT. E.S.de Jong, In materna lingua (1949); Skriuwers yn byld 3: Fedde Schurer (1971); Jaarboek Mij. der Ned. Letterkunde 1973—74, blz. 136—140 (1975).