v. (-n, -s), een vorm van geestesziekte, die kan optreden in de eerste weken na een bevalling.
(e) Mogelijk spelen bij het ontstaan van een kraambedpsychose de na de bevalling optredende sterke hormonale wisselingen een rol. Ook psychische componenten, vooral gelegen in de houding ten opzichte van het geboren kind, kunnen van groot belang zijn. Tijdens een kraambedpsychose is het bewustzijn meestal gedaald en treden beangstigende hallucinaties op. De patiënte vertoont vaak een sterke motorische onrust. In een dergelijke toestand kan het soms tot agressieve daden tegen het pasgeboren kind komen. Opname in een psychiatrische kliniek is dan vaak noodzakelijk.
Deze toestanden van gedaald bewustzijn kunnen afgewisseld worden met vaak korte, heldere perioden. Een kraambedpsychose geneest meestal vrij snel en volledig. Aangezien in de kraambedperiode ook andere geestesziekten kunnen optreden, is de diagnose vaak moeilijk te stellen.
