Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

kameraar

betekenis & definitie

m. (-s), (vroeger) vorstelijk kamerdienaar, kamerling, m.n. overste van de vorstelijke schatkamer; (later) beheerder van de geldmiddelen van een stad of een college; (thans) titel van bepaalde ambtenaren bij sommige waterschappen, hetzij voor het beheer van gelden of voor de technische dienst.

< >