Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

kaardespin

betekenis & definitie

v./m. (-nen), samenvattende benaming voor een aantal spinnesoorten die een zeefplaat hebben en een uit stekels bestaande kam op de achterpoten, waarmee het spinsel tot een vlokkige massa wordt uitgekamd.

(e) Het spinrag van kaardespinnen is niet kleverig, maar insekten blijven er gemakkelijk in haken. Spinnen die een zeefplaat (cribellum) bezitten, zijn waarschijnlijk niet alle direct aan elkaar verwant; dit kenmerk lijkt op verschillende tijdstippen en in verschillende groepen naast elkaar te zijn geëvolueerd. Bekend zijn de heidekaardertjes (Dictynasoorten), die in de toppen van struikheide en andere planten hun webjes bouwen, kaardeur, v./m. (-en), deurtje in een kaar. kaardgaren, o., (ook: strijkgaren), grof, ruig garen gesponnen uit korte sterk gekroesde wol; uitstekend geschikt voor dekens en zwaardere dames-en herenbovenkledingstoffen.

< >