plantengeslacht uit de familie →Cupressaceae, met ca. 70 soorten struiken of bomen van het noordelijk halfrond, te onderscheiden van de andere coniferen (→Coniferospermae) doordat de zaden in een bolronde, vaak besachtige, kleine kegel gevormd worden. De jeneverbes, Juniperus communis, komt voor op stuifzand en heiden met zwarte, blauw berijpte kegelbes (voor jeneverbereiding, medicinaal, ook in spijzen);/, sabina, zevenboom, in Europese bergstreken (zeer aromatisch en giftig);/, virginiana, rode ceder, uit Noord-Amerika (potloodhout).
Als sierheester worden deze soorten en andere (met vele cultuurvariëteiten, b. v. dwergen kruipvormen) gekweekt. Soms ook boomvormige soorten b.v. J. chinensis (Oost-Azië), J. excelsa (Klein-Azië) en J. procera (Ethiopië).