m. (-s), iemand die in dienst van iemand anders bemiddeling verleent bij het totstandkomen van bepaalde overeenkomsten tussen personen, die hij daartoe pleegt te bezoeken, en zijn directie, of zodanige overeenkomsten op naam en voor rekening van de directie afsluit.
(e) De handelsreiziger is dus evenals de →handelsagent tussenpersoon, maar in dienstbetrekking bij zijn opdrachtgever en oefent dus in tegenstelling tot de handelsagent geen eigen bedrijf uit. In afwijking van de wettelijke regeling van de arbeidsovereenkomst heeft in Nederland ieder der partijen het recht, indien de dienstbetrekking voor onbepaalde tijd of tot wederopzegging is aangegaan, haar te doen eindigen door opzegging met inachtneming van de termijn bij schriftelijk aangegane overeenkomst of bij reglement bepaald en bij gebreke van dien met inachtneming van een termijn van zes weken. De termijn van opzegging kan niet korter zijn dan een maand en niet langer dan zes maanden. De opzegging mag alleen geschieden tegen de laatste dag van een kalendermaand.
In België dekt de term handelsreiziger dezelfde inhoud als in Nederland. De wet van 30.7.1963 bepaalt dat de betrekkingen tussen de handelsreiziger en zijn werkgever onderworpen zijn aan de samengeordende wetten van 20.7.1955 op het bediendencontract.
