v., polymerisatieprodukt van onverzadigde plantaardige en dierlijke olie door daarop zwavel en zwavelchloriden te laten inwerken.
Factis ontstaat door geblazen olie (maanzaad, lijnolie, ricinusolie, sesamolie) en eventueel bitumineuze stoffen met 15 — 18 % zwavel bij 130—150 °C te verhitten. De geleiachtige massa is geel, bruin of zwart (door bitumen). Een ‘witte’ poedervormige variëteit ontstaat door mengen van raapof ricinusolie met 15-20 % dizwaveldichloride. Toevoeging van factis aan rubber (natuurlijke zowel als synthetische) als vulmiddel vergemakkelijkt de verwerking ervan tot slangen, profielen, kabelmengsels. Zij wordt ook toegevoegd aan kunststoffen, b.v. kit (voor ruiten), vlakgom, om die elastisch te laten blijven.
