Versterven; versterving - eufemistisch voor ‘een zachte dood sterven’; gezegd van een hoogbejaarde of zieke die langzaam wegglijdt uit het leven doordat hij weigert te eten en te drinken, of doordat hij geen eten en drinken meer krijgt. Deze al dan niet vrijwillige levensbeëindiging van patiënten is vooral aan de orde in verpleeghuizen. Voor patiënten en verzorgers die moeite hebben met een actieve vorm van euthanasie, kan versterving een alternatief zijn. De term komt ook voor m.b.t. embryo’s (zie laatste citaat). In bovengenoemde betekenis werd het woord vooral bekend gemaakt door psychiater B.E. Chabot. In de oorspronkelijke rooms-katholieke betekenis was versterving het zich opleggen van ontberingen, het afzien van aardse genoegens. Dat is slechts één van de maar liefst 21 verschillende betekenissen die aan het woord gegeven worden in het WNT. In 15 5 3 werd versterven voor het eerst aangetroffen. Toen betekende het ‘mortificeren, dooden oft dootachtig maken’.
Familie en belangstellenden zien het niet geven van eten en drinken - het zogeheten versterven - al snel als verwaarlozing en een gebrek aan liefde. NRC Handelsblad, 25-07-97
Het verpleeghuis liet de al jaren aan Alzheimer lijdende man ‘versterven’ door hem vocht en voedsel te onthouden. Elsevier, 02-08-97
In de oudheid gold het als een mooi levenseinde, maar in Nederland heeft ‘versterven’ de laatste weken een macabere klank gekregen. Glijden we echt af naar nazi-praktijken? De Groene Amsterdammer, 20-08-97
De Leidenaar A. van Heeringen besloot tot versterving omdat hij volgens zijn zeggen als vrij man wil sterven nadat zijn schoonfamilie hem uit zijn huis had willen zetten. Versterven is een in Nederland ingeburgerde term voor mensen die hun wens op een voortijdige dood uitdrukken door te stoppen met eten. De Morgen, 17-12-97
Maar de dokter heeft geen klanten meer voor de embryo’s. Nederlandse artsen laten in zo’n geval de eitjes op natuurlijke wijze ‘versterven’. Nieuwe Revu, 17-12-97