Alle personen hebben een woonplaats. Bij menschen spreekt men van woonplaats of domicilie en bij rechtspersonen van zetel.
De woonplaats is de plaats, waar iemand geacht wordt steeds aanwezig te zijn, ook al is hij daar feitelijk niet. Hij oefent daar zijn rechten uit en kan daar ook in rechten worden aangesproken. Het huwelijk b.v. wordt voltrokken in de gemeente, waar een der aanstaande echtgenooten woont. Iemand wordt gedagvaard voor den rechter zijner woonplaats.Hoofdverblijf. De woonplaats is daar, waar iemand zijn hoofdverblijf heeft. Dit is het centrum van zijn bestaan; het wordt door allerlei factoren bepaald, b.v. door inschrijving in de bevolkingsregisters; door het feit, dat iemand op die plaats een woning heeft gehuurd; hij oefent daar zijn bedrijf uit, zijn gezin is daar aanwezig, enz. Al deze omstandigheden tezamen of eenige daarvan wijzen het hoofdverblijf van iemand aan. Iemand wordt geacht het geheele jaar daar te wonen, waar hij zijn hoofdverblijf heeft, ook al vertoeft hij eenigen tijd elders. Iemand heeft b.v. zijn hoofdverblijf in Amsterdam en hij logeert den geheelen zomer in Scheveningen.
Dan wordt hij geacht ook in den zomer te Amsterdam te wonen. Stel, dat de deurwaarder hem in Juli een exploit moet beteekenen, dan moet dat niet geschieden in Scheveningen, doch in Amsterdam, omdat hij hier zijn domicilie heeft.
Werkelijk verblijf
Indien iemand geen hoofdverblijf heeft, dan geldt de plaats van het werkelijk verblijf als domicilie.
B.v. een vrijgezel komt uit Indië in Nederland. Hij vestigt zich hier niet in een bepaalde gemeente, doch hij logeert geregeld in verschillende hotels. Een hoofdverblijf heeft hij dus niet; zijn woonplaats is dan telkens daar, waar hij verblijf houdt.
Verandering van woonplaats. Men kan zijn woonplaats veranderen. Dit geschiedt door werkelijk te gaan wonen in een andere plaats, gevoegd bij ’t voornemen om aldaar zijn domicilie te vestigen. Het voornemen wordt afgeleid uit een verklaring, afgelegd bij ’t bevolkingsregister van de oude en van de nieuwe gemeente.
Afhankelijk domicilie
Sommige personen hebben een afhankelijk domicilie, b.v. : ie. gehuwde vrouwen, die niet van tafel en bed zijn gescheiden, hebben als domicilie de woonplaats van haar man; 2e. minderjarigen volgen de woonplaats van hun vertegenwoordiger (vader of voogd) ; 3e. onder curatele gestelden hebben als domicilie de woonplaats van hun curator.