In afwachting van de vaststelling van den aanslag in eenige directe belasting en in de dividend- en tantièmebelasting kan aan den belastingplichtige, die een aangifte heeft gedaan, een voorloopige aanslag overeenkomstig de aangifte worden opgelegd.
De voorloopige aanslag wordt alleen met betrekking tot de invordering en tot de heffing van opcenten als een aanslag in den zin der belastingwet beschouwd. Tegen een voorloopigen aanslag kan dus geen bezwaarschrift worden ingediend. Indien een voorloopige aanslag is opgelegd, blijft van den later vastgestelden aanslag, een bedrag, gelijk aan dat van den voorloopigen aanslag, buiten invordering. Is de later vastgestelde aanslag lager dan de voorloopige aanslag, dan wordt deze door den ambtenaar, die hem heeft vastgesteld, ambtshalve verminderd met het verschil.