Gepubliceerd op 12-09-2021

Verzekering (eenige algemeene opmerkingen)

betekenis & definitie

Geschreven recht

De wettelijke regelen betreffende de verzekering zijn opgenomen in het Wetboek van Koophandel, en wel in: de artt. 246—308 (algemeene bepalingen; brand-, oogst- en levensverzekering); de artt. 592—662 (zee-assurantie); de artt. 686—695 (binnenvaartverzekering).

Definitie

Deze wettelijke regeling is verre van volledig. Het doel toch der verzekering is, om zich tegen betaling van een bepaalde premie te vrijwaren tegen de geldelijke gevolgen van mogelijke onheilen. Degene, die zich tegen die onheilen wil dekken, is de verzekeringnemer of verzekerde; hij, die het risico op zich neemt, de verzekeraar. Nu spreekt het vanzelf, dat het moderne bedrijfsleven met zijn gecompliceerde verhoudingen, aan het bovengenoemde, beperkte stel verzekeringen niet voldoende had en dat derhalve daarnaast een aantal andere verzekeringen moesten opkomen, die, voorzoover de algemeene wettelijke verzekeringsregelen geen voldoende regeling gaven, beheerscht werden door de regelen, die de groote verzekerings-maatschappijen, veelal in gemeenschappelijk overleg, hebben vastgesteld, en verder door de bijzondere polisvoorwaarden.

De belangrijkste soorten van verzekering.

Zoo kennen wij o.m. de volgende, in de wet niet genoemde soorten van verzekering: diefstal- en inbraakverzekering, ongevallenverzekering. Voorts de belangrijke automobielverzekering, vooral voor wat betreft de z.g. wettelijke aansprakelijkheid,

d.w.z. de dekking tegen het risico, dat men door onrechtmatige daad (o. a. door onvoorzichtig of verkeerd rijden) aan anderen schade toebrengt, die vergoed moet worden. Dat deze verzekering bij het steeds toenemend automobielverkeer een zeer belangrijke plaats inneemt, is duidelijk. Verder zij hier nog gewezen op de bedrijfsverzekering,
d.w.z. de verzekering tegen stoornis in het bedrijf; de crediet- en risicoverzekering, d. i. de verzekering tegen insolvente debiteuren en tegen fraude van personeel;

procesrisico~verzekering, d. i. de verzekering tegen de kosten van event. te voeren processen; de huur verzekering tegen de schade door het on verhuurd staan van woningen; de glasverzekering en de minder belangrijke regenverzekering, d. i. de verzekering tegen de gevolgen van een bedorven vacantie, doordat het op een bepaalden dag of in een vooraf bepaalde periode in een vooraf bepaalde mate regent.

Wij herinneren hier ook nog even aan de verzekering, die den laatsten tijd meer en meer ingang vindt, de z.g. A—Z polis, waarin verschillende soorten van verzekering zijn gecombineerd, als brand-, diefstal-, braak-, wettelijke aansprakelijkheids-, storm- en andere verzekeringen. Daar de premie voor dergelijke verzekeringen door de onderlinge concurrentie der groote maatschappijen vrij laag gehouden is, is een dergelijke polis vooral voor den particulier aanbevelenswaardig, aangezien daarin vrijwel alle eventualiteiten, die de particuliere huishouding bedreigen, zijn voorzien. De hierboven gegeven opsomming bedoelt geenszins volledig te zijn. In het algemeen kan men zeggen, dat men ieder belang bij mogelijke gevolgen van onheilen kan verzekeren, mits slechts de verzekering gericht is op herstel van geleden schade, niet op het verkrijgen van voordeel. De verzekeringsovereenkomst is derhalve een geoorloofde kansovereenkomst.

Vandaar dat het toeval, waartegen verzekerd wordt, onzeker moet zijn. Vandaar ook, dat (tenzij het tegendeel uitdrukkelijk is overeengekomen) geen schade behoeft betaald te worden, die ontstaat uit een gebrek, uit bederf, of uit den aard of de natuur van het verzekerde voorwerp zelf.

Belang.

De verzekerde moet op het tijdstip, waarop de onzekere gebeurtenis, waartegen verzekerd is, plaats vindt, belang hebben bij de verzekerde zaak.

Opgaven.

Bij het aangaan der overeenkomst moet de verzekerde een juiste opgave doen omtrent den aard en de hoedanigheid der verzekerde zaak alsmede van omstandigheden, die hem bekend zijn en die van invloed kunnen zijn op de bereidwilligheid van den verzekeraar om de verzekering af te sluiten, of op de hoegrootheid der premie. Opzettelijk gedane onjuiste opgaven of verzwijging van zoodanige omstandigheden kunnen ten gevolge hebben, dat de overeenkomst nietig is. Niet echter iedere verzwijging van zoodanige omstandigheden leidt tot nietigheid. Wanneer b.v. de verzekeraar zijnerzijds een vragenlijst heeft doen invullen, die de verzekerde naar waarheid heeft beantwoord, mag aangenomen worden, dat niet op die lijst vermelde omstandigheden voor den verzekeraar geen waarde hebben.

Verzekerde som en waarde

Aangezien de verzekering slechts op herstel van schade en niet op het behalen van voordeel gericht mag zijn, (behalve bij de levensverzekering) mag de verzekerde som (d. i. het bedrag, dat de verzekeraar bij algeheel verlies zal hebben te betalen) niet grooter zijn dan de waarde van de verzekerde zaak tijdens de ramp. Is de verzekerde som grooter dan de waarde, dan is de verzekering voor dat meerdere nietig. Is b.v. een inboedel voor ƒ2000,— verzekerd, terwijl deze op het oogenblik, waarop hij verbrandt, geen hoogere waarde heeft dan ƒ 1000,— dan is de verzekering voor ƒ 1000,— ongeldig en behoeft de verzekeraar niet meer dan ƒ 1000,— te betalen.

Dubbele verzekering

Is een zaak reeds voor de volledige waarde verzekerd en wordt zij ten tweeden male bij een andere maatschappij verzekerd, dan is de tweede verzekering ongeldig.

Is een zaak voor minder dan de volle waarde verzekerd, dan wordt de eigenaar geacht voor het resteerende deel zijn eigen verzekeraar te zijn en behoeft de verzekeraar bij gedeeltelijke schade ook slechts een evenredig deel der schade te vergoeden. B.v. : een inboedel is verzekerd voor ƒ 1000,—, maar heeft een waarde van ƒ 2000,—. Nu verbrandt er voor een waarde van ƒ 1000,—. De verzekeringsmaatschappij behoeft nu niet ƒ 1000,— te vergoeden, doch slechts ƒ500,—, terwijl de rest van de schade door den eigenaar zelf gedragen moet worden.

Premier-risque

Intusschen is het geoorloofd te bedingen, dat de verzekerde som zal dienen om den eersten stoot op te vangen, m.a.w., dat in het bovengenoemde voorbeeld de ƒ 1000,— verzekerde som ten volle moet worden uitbetaald, terwijl de eigenaar eerst schade lijdt, indien de schade meer bedraagt dan de verzekerde som. (z.g. premier-risqueverzekering.)

Polis

Van iedere verzekering moet een schriftelijke acte, polis, worden opgemaakt. Practijk is, dat de verzekeraar deze polis opstelt, meestal op gedrukte formulieren, die de verzekerde heeft te aanvaarden. Een veel voorkomende fout is het, dat de verzekerde de polisvoorwaarden eerst leert kennen, nadat de verzekering is aangegaan, en dat hij zelfs dan die voorwaarden, die veelal met kleine letter gedrukt zijn, niet nauwkeurig naleest. Eerst als er iets heeft plaats gehad, of als de uitbetaling geweigerd wordt, omdat de polisvoorwaarden niet zijn nageleefd, merkt de verzekerde pas tot zijn nadeel, wat er in de polis staat. Het moet dan ook worden aangeraden, dat men, voordat de verzekering wordt aangegaan, eerst een polis-formulier van de betrekken maatschappij aanvraagt en de voorwaarden nauwkeurig naleest en daarin de veranderingen aanbrengen laat, die noodzakelijk geoordeeld worden. Is dit verzuimd, dan dient men zich in ieder geval nadat de polis is uitgereikt, van haar bepalingen goed op de hoogte te stellen, ten einde ze te kunnen naleven, en, indien de voorwaarden te bezwarend lijken, de verzekering tijdig te kunnen opzeggen, om haar bij een andere maatschappij te kunnen sluiten.

Ontstaan der overeenkomst

De overeenkomst van verzekering ontstaat, zoodra overeenstemming bereikt is tusschen verzekeraar en verzekerde. Zij ontstaat dus niet door de onderteekening van de polis; ook voordien kan de verzekering zijn tot stand gekomen en de wederzijdsche rechten en verplichtingen zijn aangevangen. De polis is dus niet meer dan het bewijs van het ontstaan der overeenkomst, (maar geldt dan ook als volledig bewijs) maar zij schept de overeenkomst niet. Dat doet de wilsovereenstemming van partijen.

Zoolang de polis niet is uitgereikt, kunnen de verzekeringsvoorwaarden door andere bewijsmiddelen worden bewezen, behoudens voor wat betreft de bepalingen, die op straffe van nietigheid schriftelijk moeten zijn vastgesteld. Deze bepalingen kunnen alleen door geschriften bewezen worden.

Eigendomsovergang der zaak

Met den overgang van den eigendom der verzekerde zaak (b.v. door koop en ver-

koop, erfenis, enz.) gaat ook de verzekering betreffende die zaak op den nieuwen verkrijger over, behoudens beding van het tegendeel. Weigert de nieuwe eigenaar de premiebetaling, dan kan de oorspronkelijke verzekerde de verzekering voor zijn rekening voortzetten, voor wat betreft het belang, dat hij nog bij de zaak heeft, b.v. voor wat betreft de nog niet betaalde kooppenningen, hypotheek.

Polis aan toonder

De naam van den verzekerde behoeft niet per se in de polis vermeld te zijn. De polis kan ook aan toonder luiden. Verzekerde is dan hij, die in het bezit van de polis is en die bovendien kan aantoonen, dat hij op het oogenblik van de ramp belanghebbende bij de verzekerde zaak was.

Reeds geleden schade

De verzekering kan gesloten worden op een tijdstip, dat de onzekere gebeurtenis, waartegen verzekerd wordt, reeds heeft plaats gehad. Te ’s-Gravenhage kan b.v. een brandverzekering worden gesloten op een huis te Groningen des middags om 12 uur, terwijl dat huis juist een kwartier te voren is afgebrand; of de verzekering kan op 10 Januari worden afgesloten op een schip, dat zich in den Stillen Oceaan bevindt, en dat aldaar juist op 9 Januari is vergaan. In die gevallen is de verzekering nietig, indien de verzekerde bij het sluiten der verzekering wist, dat de ramp al had plaats gehad. Intusschen zal het dikwijls zeer moeilijk, zoo niet onmogelijk zijn, dit bewijs, dat de verzekerde met het ongeval reeds bekend was, te leveren. Daarom schept de wet het vermoeden, dat de verzekerde, indien tusschen het tijdstip van de ramp en het sluiten der verzekering zooveel tijd verstreken is, dat de verzekerde redelijkerwijs met het ongeval bekend heeft kunnen zijn, ook inderdaad deze wetenschap bezat. Natuurlijk mag deze laatste tegenover dat vermoeden tegenbewijs leveren.

Herverzekering.

Indien de verzekeraar het risico, dat hij op een bepaalde polis loopt, te groot acht, brengt hij veelal een gedeelte daarvan weer onder bij andere verzekeraars; men spreekt dan van herverzekering. Tegenover den verzekerde blijft de oorspronkelijke verzekeraar de eenig aansprakelijke, maar indien schade betaald moet worden, krijgt hij een evenredig deel daarvan weer van den herverzekeraar vergoed. De verzekeraar is dus als het ware voor een deel van zijn risico op zijn beurt weer verzekerd bij den herverzekeraar.

Duur.

De verzekering kan gesloten zijn voor onbepaalden tijd of voor een bepaalden tijd, of voor zoolang het gevaar, waartegen men zich verzekert, bestaat.

Opzegging

De verzekerde kan te allen tijde bij deurwaardersexploit de verzekering opzeggen, en daarmede de verzekeringsovereenkomst beëindigen. Zijn verplichting tot premiebetaling blijft dan evenwel bestaan, maar hij krijgt daardoor het recht, zich elders te verzekeren. Van deze bevoegdheid zal gebruik gemaakt worden, indien b.v. de maatschappij, waarbij men zich verzekert, weinig coulant is of zelfs chicanes maakt.

Open polis.

De verzekerde waarde behoeft niet per se in de polis opgenomen te zijn. De polis kan dus „open” blijven. Bij zoodanige verzekering is na de ramp het bewijs van de schade toegelaten door alle middelen, ook getuigenbewijs.

Getaxeerde polis

In gevallen, waarin de getaxeerde waarde in de polis is uitgedrukt, kan de rechter niettemin bewijs van de schade opleggen, indien de verzekeraar de waarde onjuist acht en gegronde vermoedens weet bij te brengen, dat de waarde bovenmatig is te achten.

Taxatie deskundigen.

Een clausule in de polis, dat de waarde op een bepaald bedrag wordt vastgesteld „even alsof zij door deskundigen ware bepaald” doet niet af aan de bevoegdheid van den verzekeraar om den twijfel te wekken aan de waarde der verzekerde (en vergane) voorwerpen. Alleen indien die waarde werkelijk vooraf is bepaald door deskundigen, is hij aan die waardebepaling gebonden en kan hij na de ramp niet daartegen opkomen.

Eigen schuld of opzet

Schade, ontstaan door opzet van den verzekerde, behoeft de verzekeraar niet te vergoeden; schade door de eigen schuld van den verzekerde behoeft niet vergoed te worden, tenzij zulks anders is bepaald of uit den aard der verzekering voortvloeit. De verzekeraar behoeft de premie niet te restitueeren, indien hij begonnen is risico te loopen.

Samenloop van verzekeringen

Is een voorwerp tot de volle waarde verzekerd, dan is een tweede verzekering betreffende hetzelfde voorwerp en hetzelfde risico nietig. Is de zaak slechts voor een gedeelte van de waarde verzekerd, dan is een volgende (en event. daarop volgende) verzekering slechts geldig, totdat de volle waarde der verzekerde zaak is bereikt.

Gemeenschap.

Zijn daarentegen verschillende verzekeringen betreffende één zaak en één risico op denzelfden dag gesloten, of hebben verschillende verzekeraars op één polis geteekend voor een som, die de waarde der verzekerde zaak overtreft, dan dragen de verschillende verzekeraars naar evenredigheid in de schade bij. Hetzelfde geldt, indien verschillende polissen betreffende één zaak en één risico op één dag worden geteekend. (Wettelijke gemeenschap.) Zijn de verschillende verzekeringen op verschillende dagen en polissen gesloten, dan kan daarbij overeengekomen worden, dat er gemeenschap tusschen de verschillende verzekeraars zal bestaan (conventioneele gemeenschap).

Zijn er verschillende verzekeringen op één zaak loopende, dan mag de verzekerde niet de oudste verzekering vernietigen om de latere verzekeraars aansprakelijk te stellen. De neiging hiertoe zal b.v. bestaan, als de latere verzekeraars coulanter zijn dan de oudste. Doet de verzekerde dit toch, dan wordt hij zelf gesteld in de plaats van den ontslagen verzekeraar, m.a.w. voor het bedrag van de oudste verzekering wordt hij geacht bij zich zelf verzekerd te zijn geweest, zoodat het risico van latere verzekeraars daardoor nimmer wordt vergroot.

Wel kan men het beding maken, dat latere verzekeraars aansprakelijk zullen zijn voor het geval, dat zou blijken, dat de schade op den ouderen verzekeraar niet verhaalbaar is. Op straffe van nietigheid moeten dan de verzekeringsovereenkomsten, waarop het beding betrekking heeft, in de polis vermeld worden.

Premie restorno.

Indien een verzekering nietig wordt, terwijl de verzekerde te goeder trouw was, kan de premie in haar geheel teruggevorderd worden, wanneer het risico nog niet was begonnen, b.v. wanneer goederen, waarvoor een zeeverzekering gesloten is, verbranden, nog voordat zij in het schip geladen zijn. Was het risico reeds begonnen te loopen, dan kan de premie gedeeltelijk teruggevorderd worden.

Was de verzekerde te kwader trouw, (b.v. indien hij in het bovengenoemde voorbeeld de goederen zelf in brand gestoken heeft) dan kan geen premie teruggevorderd worden.

Beperking van de schade

De verzekerde is verplicht, alle moeite aan te wenden om de schade zooveel mogelijk te beperken of te verhinderen en heeft recht op vergoeding door den verzekeraar van de daarvoor door hem gemaakte kosten, ook indien daardoor de verzekerde som zou worden overschreden en zelfs als zijn pogingen geen resultaat gehad hebben. Hij moet voorts onmiddellijk na het ontstaan der schade den verzekeraar in kennis stellen van het gebeurde.

Subrogatie

Indien de schade, waarvoor een verzekering gesloten is, is ontstaan ten gevolge van de schuld of het opzet van een derde, dan heeft de verzekerde, behalve zijn aanspraak op den verzekeraar, ook recht tegen dengene, die de schade veroorzaakt heeft. Slechts in uitzonderingsgevallen zal de beschadigde van dat recht gebruik maken, want in den regel zal hij zijn schade veel gemakkelijker en veel vollediger betaald krijgen van zijn verzekeraar dan van den schadetoebrenger. Geeft de beschadigde er de voorkeur aan om den verzekeraar aan te spreken, en betaalt deze de schade, dan gaat daardoor het recht, dat de verzekerde tegen den derde-schadetoebrenger had, over op den verzekeraar. M.a.w. het recht om schadevergoeding van den derde te eischen wegens diens schuld of opzet, behoort bij uitsluiting bij dengene, die die schade geleden heeft, d.i. de verzekeraar, die de schade betaald heeft. De verzekerde moet er wel voor waken, dat hij niets doet, waardoor dit recht van den verzekeraar verloren gaat of illusoir wordt, want daardoor zou hij zijn aanspraken tegen den verzekeraar verspelen.

Bij deze algemeene beginselen moeten wij het hier laten. De verschillende soorten van verzekeringen afzonderlijk te behandelen, zou het bestek van dit werk verre overschrijden. In het algemeen zal men verstandig doen, indien men met verzekeringsaangelegenheden te doen krijgt, die van beteekenis zijn, een rechtskundige te raadplegen, vooral als men te doen heeft met een verzekeringsmaatschappij,

waarbij men niet zelf verzekerd is, hetgeen bij de helaas steeds toenemende auto-ongevallen veelvuldig voorkomt. Men bedenke dan, dat men door het zetten van zijn handteekening veelal alle verdere aanspraken verspeelt, en dat men vaak te laat de draagwijdte van die handteekening overziet. Een tijdig ingewonnen advies kan soms veel onaangenaamheden voorkomen.

< >