Literatuur, Geschiedenis en Theorie

J.A. Dautzenberg (2009)

Gepubliceerd op 06-02-2017

Karel ende Elegast

betekenis & definitie

In de ridderroman Karel ende Elegast (ca.1250; ruim 1400 versregels) wordt verteld hoe Karel de Grote op een nacht gewekt wordt door een stem die hem in naam van God drie maal beveelt uit stelen te gaan.

Na de derde keer verlaat Karel ongemerkt zijn kasteel en rijdt het bos in. Al rijdende denkt hij aan zijn leenman Elegast, die hij om een klein vergrijp heeft verbannen en die nu als roofridder aan de kost moet komen, maar slechts de rijken berooft. Midden in het bos komt hem een ridder tegemoet, die eist dat hij zijn naam noemt. Er volgt een tweegevecht dat Karel wint, en de ridder vertelt hem dat hij Elegast heet. Om hem op de proef te stellen doet Karel - die zich niet bekend maakt - het voorstel om bij de koning in te breken. Elegast weigert dit verontwaardigd en stelt voor in te breken bij Eggeric van Eggermonde, een zwager van Karel, want dat is volgens hem een verrader.

Samen rijden ze naar het kasteel van Eggeric. Met zijn toverkunsten brengt Elegast iedereen in slaap en opent hij alle deuren. Nadat hij allerlei kostbaarheden aan Karel heeft gegeven, die buiten staat te wachten, gaat hij nog een keer naar binnen om uit Eggerics slaapkamer een kostbaar zadel te stelen. Eggeric schrikt wakker en wil uit bed springen maar zijn vrouw vraagt hem waarom hij al drie nachten zo onrustig slaapt. Hij vertelt haar dan dat hij de volgende dag met enkele anderen de koning wil doden. Zijn vrouw protesteert heftig en uit woede slaat hij haar een bloedneus. Elegast tovert hen weer in slaap en vertelt alles aan Karel, die dan zogenaamd naar de koning rijdt om deze in te lichten.

De volgende dag vindt er een ‘hofdag’ plaats: een bijeenkomst van de hoge adel waarbij de koning o.a. rechtsprak. Als Eggeric en zijn mannen aankomen worden onder hun kleren wapens ontdekt en hun bedoeling lijkt duidelijk. Eggeric ontkent echter iets kwaads in de zin te hebben en Karel stuurt een bode om Elegast te halen. Volgens oud-Germaans gebruik wordt een tweegevecht georganiseerd; God zal ervoor zorgen dat de leugenaar ver­liest. Elegast en Eggeric vechten urenlang, totdat Elegast met een geweldige houw Eggerics hoofd doormidden slaat. Als dank mag hij trouwen met Eggerics weduwe.
Hoewel dit een echt feodaal ridderverhaal is, zit er ook een sterk theocentrisch element en dus een wijze les in: het hele verhaal is geschreven om te laten zien hoe God zijn goede dienaar Karel beschermt. Daarnaast zijn er allerlei ondergeschikte godsdienstige motieven, zoals de opdracht van de engel, het tweegevecht, het gebed aan het slot, enz. De hele tekst eindigt trouwens met ‘amen’!

< >