Literatuur, Geschiedenis en Theorie

J.A. Dautzenberg (2009)

Gepubliceerd op 08-02-2017

Jan Greshoff

betekenis & definitie

Nederlands dichter en essayist (1888–1971; Constantijn Huygensprijs 1967). Hij behoorde aanvankelijk tot de neoromantiek (zijn eerste bundel heette Aan den verlaten vijver, 1909), maar in de jaren ’20 begon zijn poëzie zodanig van karakter te veranderen dat hij een vertegenwoordiger werd van de nieuwe zakelijkheid en Forum.

Die verandering kan kort weergegeven worden met de titel van een bundel uit 1926: Aards en hemels. Zijn vroege poëzie was sterk melancholisch en gevoelig, terwijl het latere werk eerder met de termen ironisch, sarcastisch en cynisch moet worden aangeduid. Op stilistisch gebied is er het verschil tussen traditionele zangerige verzen en zakelijke poésie parlante.

In 1938 schreef hij het lange dichtwerk Ikaros bekeerd, waarmee hij zijn eigen ontwikkeling aangaf. Ikaros (of Icarus) is de figuur uit de Griekse mythologie die in zijn overmoed naar de hemel wilde vliegen maar in zee stortte. Greshoff is een bekeerde Ikaros, die het neoromantische streven naar het onbereikbare heeft afgewezen en heeft gekozen voor een meer ‘aards’ bestaan. ‘Men zal mij niet voor Ikaros zien spelen’ staat in het lange gedicht Pro domo (‘in eigen belang’, 1933) en

Het ijdel jagen naar gezag en geld
Liet mij totaal onaangedaan;
Op wat men eer noemt ben ik niet gesteld
Noch op de ridicule rol van held.

Ook in politiek opzicht veranderden Greshoffs opvattingen. Was hij aanvankelijk een bewonderaar van de uiterst rechtse Franse politicus Charles Mauras, later werd hij zoals alle vertegenwoordigers van Forum een fel bestrijder van het fascisme. Klassieke gedichten van hem zijn “Liefdesverklaring” (Bij feestelijke gelegenheden, 1928), het felle antifascistische “Wiegeliedje” (Bruine liedjes, 1932) en “Een strijdbaar man” (Voces mundi, 1934).

< >