Verenigingen van bewapende studenten die zich bekwamen in schieten en exercitie en bij nationale gebeurtenissen erewachten vormen. In vrijwel alle gevallen zijn ze gelieerd aan de studentencorpora van de universiteitssteden.
Nederland kent studentenweerbaarheden in Utrecht, Leiden, Amsterdam, Delft, Wageningen, Groningen, Rotterdam, Den Haag en Enschede. De geschiedenis van de weerbaarheden gaat terug tot het rampjaar 1672, toen Groninger en Leidse studenten zich beschikbaar stelden om hun steden te verdedigen tegen respectievelijk de bisschop van Münster en de oprukkende Fransen. Landelijke bekendheid kregen ze bij de Tiendaagse Veldtocht in 1831, toen verschillende studentencompagnieën met het leger onder bevel van de Prins van Oranje, de latere koning Willem II, ten strijde trokken. Als reactie op de Pruisische uitbreidingspolitiek stimuleerde koning Willem III de oprichting van weerbaarheidskorpsen. Zo werden in 1866 in Utrecht en Leiden de eerste officiële studentenweerbaarheden opgericht; Amsterdam volgde in 1880. De laatste inzet van studenteneenheden binnen het leger vond plaats tijdens de mobilisatie van 1914-1918.Bij de inhuldiging van koningin Wilhelmina in 1898 stonden studenten van de Utrechtse, Leidse, Amsterdamse en Delftse weerbaarheden opgesteld voor het Paleis op de Dam. Ook bij de inhuldiging van koningin Juliana in 1948 waren de studentenweerbaarheden present. Tot in de jaren tachtig van de twintigste eeuw vormden weerbaarheden uit verschillende universiteitssteden bij staatsbezoeken en bij de nationale dodenherdenking erehagen tijdens de kranslegging bij het Nationaal Monument op de Dam. Tegenwoordig zijn ze nog aanwezig bij de herdenking op de Grebbeberg en op 15 augustus bij het Indisch monument in Den Haag. Ook bij koninklijke huwelijken en begrafenissen geven ze acte de présence. Aan Prinsjesdag namen oorspronkelijk alleen de weerbaarheden uit Zuid-Holland deel, maar toen een zoon van prinses Margriet, prins Pieter-Christiaan, commandant werd van de Koninklijke Utrechtse Studenten Vereeniging Tot Vrijwillige Oefening in den Wapenhandel, mochten voortaan ook de Utrechters meedoen.
In 1990 werden de studentenweerbaarheden Leiden en Delft wegens eerder wangedrag uitgesloten van deelname aan Prinsjesdag. Een aantal weerbaarheden heeft speciale banden met landmachteenheden. Prins Bernhard heeft zijn naam verbonden aan een bokaal die jaarlijks aan de weerbaarheid wordt aangeboden die dat jaar met schieten en exerceren als beste uit de bus komt.