Gepubliceerd op 29-06-2020

postzegels

betekenis & definitie

Sinds koning Willem III worden alle Nederlandse regerende vorsten op postzegels afgebeeld. Nadat veelal klassiek aandoende portretten werden gebruikt, is onder Beatrix een duidelijke modernisering van de koningszegels doorgevoerd.

In de Grondwetswijziging van 1848 werd voor het eerst het recht op briefgeheim grondwettelijk vastgelegd. Sinds het herstel van de onafhankelijkheid in 1813 was van censuur van het briefverkeer echter al geen sprake meer. De grondwetswijzing van 1848 werd uitgewerkt in de Postwet van 1850. Deze bepaalde onder meer dat iedere gemeente een gelegenheid moest hebben voor het ontvangen en verzenden van brieven. Het verzorgen van de postbestelling werd in handen van de Staat gelegd. Als uitvloeisel van de Postwet werden in 1852 in Nederland de eerste postzegels geïntroduceerd.

Het drukken van de postzegels werd voorbehouden aan ’s Rijks Munt in Utrecht, die ook de muntslag verzorgt. In navolging van de Penny Black ’s werelds eerste postzegel uit GrootBrittannië (1840) staat de regerende vorst (koning Willem III) er en profil op afgebeeld. Met zijn verschijning op de postzegel werd zijn functie als nationaal symbool onderstreept. Naast de postzegels met het portret van de koning (bestemd voor brieven) verschenen vanaf 1869 ook zegels met het rijkswapen en vanaf 1876 met cijfers (frankeerwaarde). Deze zegels waren bedoeld voor het frankeren van drukwerk. Vanaf 1866 tot 1997 werden praktisch alle postzegels gedrukt bij de firma Enschedé in Haarlem, die ook verantwoordelijk is voor de productie van bankbiljetten.

Nu kunnen ook andere (buitenlandse) drukkerijen Nederlandse postzegels drukken. Lange tijd waren leden van het Koninklijk Huis de enige nog in leven zijnde personen die op postzegels werden afgebeeld. Pas in de tweede helft van de jaren ’80 van de twintigste eeuw is hier verandering in gekomen en sindsdien kunnen ook andere levende beroemdheden op zegels worden afgebeeld.

Bij postzegels wordt een onderscheid gemaakt tussen zogenaamde permanente zegels en overige zegels, waaronder gelegenheidszegels. Permanente zegels zijn langdurig in gebruik en dragen het portret van het staatshoofd of slechts een waardeaanduiding. Voorbeelden van gelegenheidszegels zijn jubileumzegels en herdenkingszegels.

De postzegels met het portret van koning Willem III waren in neoclassicistische stijl uitgevoerd met een reliëf, waardoor de zegel het karakter van een munt had. Het muntuiterlijk zou lange tijd de standaard blijven. In tegenstelling tot het muntgeld is de kijkrichting van de vorst echter niet consequent dezelfde en is die ook niet afhankelijk van de kijkrichting van zijn of haar voorganger. Als Groothertog van Luxemburg staat Willem III ook op de Luxemburgse postzegels die tussen 1852 en 1890 uitkwamen. Ook de postzegels voor de koloniën zijn voorzien van zijn portret. De eerste zegel met de jonge koningin Wilhelmina dateert van 1891.

Latere permanente Wilhelmina-zegels bleven tamelijk klassiek van ontwerp. De eerste reguliere Juliana-zegels zijn niet en profil maar en face. Later tijdens haar regeerperiode kwamen ook de reliëfzegels met muntuiterlijk weer in zwang. Onder koningin Beatrix werd getracht aansluiting te vinden met contemporaine kunststromingen. De reguliere postzegel van Beatrix is vormgegeven op basis van een puntenontwerp van P. Struycken uit begin jaren ’80.

Hij maakte door toepassing van verdichting en verspreiding met zo weinig mogelijk punten een duidelijk herkenbaar portret van haar. Deze zegel wordt (inmiddels voorzien van eurotarieven) nog steeds gebruikt.

In de loop der jaren zijn ook talloze gelegenheidspostzegels met afbeeldingen van Oranjes verschenen.

Het gaat dan bijvoorbeeld om postzegels in het kader van regerings- of huwelijksjubilea, zegels met Oranjes in relatie tot een goed doel (zoals voor het Rode Kruis in 1927 of het Nationaal Crisis Comité in 1934) of om herdenkingszegels. Een van de vele voorbeelden is de in art nouveaustijl vormgegeven herdenkingsserie 1813-1913 met portretten van Willem I, Willem II, Willem III en Wilhelmina. Naast de klassiek aandoende reguliere Juliana-zegels werden gedurende haar regeerperiode ook minder formeel ogende zegels uitgegeven die de koningin meer als persoon dan als kroondrager laten zien, zoals de zegel ter gelegenheid van haar zeventigste verjaardag (1979). Andere voorbeelden van gelegenheidszegels met Oranjes zijn de kinderpostzegels van 1972 met de jonge prinsen. Hun vader, prins Claus, leverde de dia’s die de basis vormden voor het ontwerp. Ook ter gelegenheid van de geboorte (2003) en doop (2004) van prinses Catharina-Amalia zijn postzegels verschenen.

< >