Lymfatische lichaamstoestand; predispositie (= verhoogde vatbaarheid) voor lymfaandoeningen.
Beekpunge (Veronica beccabonga); ook beekbunge.
De gehele verse plant. Dagelijks 100 g sap.
Fenegriek (Trigonella foenum graecum); ook grieks hooi.
Het poeder van de zaden. 3 tot 6 g daags, droog of met honing.
Gentiaan (Gentiana acaulis): de kortstelige gentiaan.
De gehele plant. 4% infuus, 20 minuten laten trekken. Drie kopjes daags.
Haver (Avena sativa).
De zaden. Langdurig koken in water. Eten in de vorm van soep.
Hoefblad (Tussilago farfara): het klein hoefblad; ook paardevoet, stinkblad.
De bladeren. 6% decoct, 6 minuten laten koken. Drie kopjes daags.
Hop (Humulus lupulus); ook hoppe, hommel.
De vrouwelijke bloemkegels. 1,5% infuus, 25 minuten laten trekken. Twee kopjes daags.
Kervel (Anthriscus cerefolium): de gewone kervel; ook tamme kervel, soep-, moeskervel.
De gehele verse plant. 5% infuus, 30 minuten laten trekken. Drie kopjes daags.
Klaverzuring (Oxalis corniculata): de gehoornde klaverzuring; ook zuringklaver, koekoeksbrood.
De gehele verse plant. 4% infuus, 25 minuten laten trekken. Drie kopjes daags.
Longkruid (Pulmonaria officinalis).
De bladeren en de bloemen. 4% decoct, 10 minuten laten koken. Drie kopjes daags.
Nagelkruid (Geum urbanum); ook kruidnagelkruid.
De wortelstok. 6% infuus, 15 minuten laten trekken. Drie kopjes daags.
Noteboom (Juglans regia): de walnote- of okkernoteboom.
De bladeren. 3% infuus, 20 minuten laten trekken. Drie kopjes daags.
Varen (Osmunda regalis): koningsvaren; ook koninklijke druivevaren.
De wortelstok. 3% infuus, 10 minuten laten trekken. Drie kopjes daags.
Waterkers (Nasturtium officinale): de witte waterkers; ook bronkers, waterraket.
De gehele verse plant. Eten als salade.
Weegbree (Plantago major): de grote weegbree; ook wegebladen.
De bladeren. 6% infuus, 20 minuten laten trekken. Drie kopjes daags.
Zuring (Rumex patientia): de spinaziezuring; ook patiëntie.
De wortel. 6% infuus, 15 minuten laten trekken. Drie kopjes daags.
