Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-11-2019

Voltaire

betekenis & definitie

Pseud. voor: François Marie Arouet le Jeune, Fransch wijsgeer der → Verlichting. * 1694 te Parijs, ✝ 1778 aldaar. V. woonde eenigen tijd in Engeland en vestigde zich na een kort verblijf te Berlijn (op uitnoodiging van Frederik den Grooten) ten slotte te Femey aan het Meer van Genève („de patriarch van F.”), waar hij zijn meeste werken schreef. Voltaire is geen oorspronkelijk of systematisch denker, maar hij is uiterstbelezenen vaardig van taal en heeft door zijn zeer talrijke geschriften een breeden en uiterst ongunstigen invloed vooral op de burgerij in Frankrijk uitgeoefend. Heel zijn werkzaamheid wordt beheerscht door zijn eerzucht, ijdelheid, gevoeligheid en zijn haat tegen de Kath.

Kerk. Zijn beschouwingen over natuurlijke religie en ethiek zijn afhankelijk van Locke en Newton. Hij beperkt de religie tot eenige zedelijke geboden, hetgeen voor hem vooral beteekent een bestrijding van alle dogma, positieven godsdienst en kerkleer. Met alle wapens van een scherp vernuft, verdachtmaking, hoon en spot, heeft V. de Kerk in Frankrijk bestreden.De hand van V. is afgebeeld op de pl. t/o kol. 689 in dl. XII.

Werken: Lettres srr les Anglais: Eléments de la phil. de Newton; Essai sur les moeurs; Dictionnaire philosophique; Candide; Le philosophe ignorant; Le siècle de Louis XIV; De l’âme; Traité sur la tolérance, e.a. — Lit.: G. Lanson, V. (Parijs 1906); G. Pellissier, V. philosophe (Parijs 1908); F. Sassen, Nieuwere Wijsb. tot Kant (1933).

F. Sassen.

< >