of klinkdicht (<( Ital. sonetto), gedicht, bestaande uit 2 vierregelige strophen of kwatrijnen: het octaaf, en 2 drieregelige of 3 tweeregelige strophen: het sextet; met het sextet begint de wending (Ital. volta, Fr. la chute) van het s. De oudste s. hebben jambische versmaat en slepend rijm, de jongere hebben dit soms afgewisseld, of ook geheel vervangen door staand rijm.
Sommige s. hebben een aanhangsel of coda. Het zgn.
Shakespeare-sonnet wijkt van den gewonen vorm af: 3 kwatrijnen, afgesloten door 2 rijmende verzen. Het s. is met de Renaissance uit Italië (Dante, Petrarca, Michelangelo) tot ons gekomen.
Het oudste Nederlandsche s. is van Lucas de Heere.Een sonnettenkrans is een aaneenschakeling van 15 s., bijv. Mathilde van Jacques Perk, Adoratie van Willem Kloos. ten Berge.