Dwaalleeraar, omstreeks 400. Zijn tegenstanders schrijven hem de volgende dwalingen toe: maagdelijkheid staat niet hooger dan de staat der gehuwden of der weduwen; met volle overtuiging gedoopten kunnen niet meer zondigen; het hemelsch loon is voor allen hetzelfde, eveneens de straf voor de zonden; vasten heeft geen waarde; Maria hield op maagd te zijn door de geboorte van Christus.
Hij werd bestreden door Hiëronymus en Augustinus, veroordeeld door paus Siricius en op een synode van Milaan onder Ambrosius.Franses.