Geel (persoon) - 1° Jacobus (auteursnaam Jacob), Ned. geleerde en letterkundige; * 1789 te Amsterdam, ✝ 1862. G. studeerde bij D.
J. v. Lennep Klassieke talen; in 1810 werd hij huisonderwijzer bij baron Dedel.
Op aanbeveling van v. Lennep werd hij in 1822, na een eerepromotie, onder-, later eerste bibliothecaris van de Leidsche Universiteitsbibliotheek.
Hij gaf een aantal Klassieke teksten uit en schreef vsch.* verhandelingen over Klassieke onderwerpen,o.a. in zijn Bibliotheca critica nova (1825-1830). Toch heeft hij als Nederlandsch letterkundige naam en nog meer school gemaakt.
In geestige, rake opstellen pleitte hij voor een vernieuwing van den Ned. stijl; het proza der 19e eeuw heeft hem de losmaking van de knellende banden van het „Hooft”-sche conservatisme te danken. Zijn stijl is eenvoudig, kernachtig en doordrongen van den geest der Aufklärung.
In zijn laatste levensjaren leed G. aan een ernstige hersenziekte.Piet Visser.
Werken: Zijn meest bekende werk vormt de opstellenbundel: Onderzoek en Phantasie (1838); Gesprek op den Drachenfels (1835); Het Proza (waarin hij de beoefening v.h. proza voor de lit. verdedigt). — Lit.: M. J. Hamaker, J. G. naar zijn brieven geschetst (1907); A. G. Wientjes, De Jacobo Geelio (1909).
2° Joost van, schilder te Rotterdam. * 1631, ✝ 1698. Vnl. interieurs. Zijn schaarsche werk is zeer verwant met dat van G. Metsu, zijn leermeester.
Lit.: P. Haverkorn v. Rijsw., in : Oud-Holl. (1898).
3° Joris van (familienaam Adriaan Willems), VI. Capucijn, missionaris en martelaar in Kongo; * 1617 te Oevel (bij Geel), ✝ 1652 in Kongo. Verlaat 1648 het vaderland met vsch. VI. medebroeders, doch kan eerst 1651 te Cadiz scheep gaan met p. Erasmus v. Veume; landt te Pinda, in het toenmalige koninkrijk Kongo. Gedurende anderhalf jaar verblijft hij te Mbanza-Matari en trekt de landstreken Matari en Mbata door, om er het Evangelie te verkondigen. Doopt 1 200 heidenen. Wordt te Oelolo door half-bekeerden wreed mishandeld, sterft dientengevolge en wordt te Ngongo-Mbata begraven. Van zijn hand bezit de Biblioteca Vittorio Emmanuele te Rome het afschrift van een Lat.-Spaansch-Kongoleesch woordenboek, kostbaar taalkundig document der Bantoe-taal.
Lit.: Van Wing en Penders S.J., Le plus ancien dictionnaire bantu: Vocabularium P. Georgii Gelensis (Congo-bibliotheek nr. 27); p. Hildebrand O.M.C., Le Père Georges de Gheel (Etudes Franciscaines, XLII; id., Een VI. Martelaar in Oud-Kongo. Joris van G. (Tielt 1933); p. Adhemar O.M.C., Pater Joris van G., Kapucijn, Missionaris en martelaar in Kongo.
Vanneste.