(sterrenk.). Kapteyn had ontdekt, dat de vaste sterren bij voorkeur in twee tegengestelde richtingen loopen; die richtingen heeten de vertices der sterbewegingen.
Niet zoo, dat alle sterren in de ééne of in de andere richting loopen, maar: hoe dichter een richting bij één der vertices ligt, hoe meer sterren in die richting bewegen. Kapteyn onderstelde, dat er sprake was van twee groepen van sterren, waarvan de afzonderlijke sterren wel kleine bewegingen in alle richtingen hadden, maar die als groep ieder in een tegenovergestelde richting bewogen.Een andere beschrijving van ditzelfde verschijnsel heeft Schwarzschild gegeven; deze constateerde, dat, als men uit één punt naar alle richtingen lijnen trekt, waarvan de lengte het aantal sterren voorstelt, dat in die richting beweegt, de eindpunten van die lijnen op een ellipsoïde liggen.
Deze verdeeling van de bewegingen is later verklaard door de rotatie van het melkwegstelsel. P. Bruna