Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 20-03-2019

Blokfluit

betekenis & definitie

Blokfluit - een in de 16e eeuw veel gebruikt blaasinstrument, dat niet, als de latere fluit, dwars, maar rechtuit bespeeld wordt.

De blokfluit is een ideaal begeleidingsinstrument voor volkslied en volksdans door zeer fraaien toon, nauwkeurige stemming en geringen kostprijs. Het instrument bestaat in vier verschillende grootten: sopraan-, alt-, tenor- en bas-b., ieder weer in verschillende stemmingen verkrijgbaar (E, C, G), zoodat geheele orkesten (ook met andere instrumenten samen) gevormd kunnen worden. De techniek van de b. kan in enkele maanden door zelfstudie verworven worden, men lette echter direct op het geven van een mooien, vollen toon. Embouchure is bij de b. niet noodzakelijk. Omvang ong. 2 octaven. Voor de b. is veel muziek geschreven, zoowel origineel (o.a. Hindemith en talrijke Renaissance- en Barok-componisten, in Nagelen Berenreiter-verlag) als zeer goede bewerkingen van andere muziekstukken (door Jöde c.s.). Pollmann.

< >