( Gr. a-gignooskoo = niet-weten), benaming reeds in de Christelijke oudheid gebruikt om de leer der Monophysieten aan te duiden. Ze werd door Huxley speciaal toegepast op de leer van H.
Spencer; tegenwoordig op elke moderne scepsis, die metaphysische kennis voor onmogelijk houdt. Onder invloed van het positivisme vond het a. veel aanhang, maar wordt ten gevolge van de herleving der metaphysiek meer en meer verlaten. Door Pius X werd het als grondbeginsel van het modernisme uitdrukkelijk veroordeeld (Encycliek Pascendi, 1907).v. d. Berg.