Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

Gepubliceerd op 02-01-2020

ANTI-REVOLUTIONAIRE PARTIJ

betekenis & definitie

is een Ned. prot.-chr. partij, definitief landelijk georganiseerd in 1878 door Kuyper en te onderscheiden van de antirevolutionnaire richting, die in Nederland al vertegenwoordigd is o.a. door Bilderdijk, verwant is aan Burke en Stahl en ook met katholieke schrijvers als De Bonald en Le Maître (Schaepman noemde zich eveneens antirevolutionnair). Met revolutie wordt dan bedoeld „de gehele omkering van denkwijze en gezindheid in de terzijdestelling en verachting van vroegere beginselen, over geheel de Christenheid openbaar”, welke in de Franse Revolutie van 1789 tot uiting kwam.

„Ons Program”, ontwikkeld door Kuyper in 1879 en slechts op ondergeschikte punten gewijzigd, spreekt van „eeuwige beginselen”, geopenbaard in de Heilige Schrift, die aan staatkunde en staatsrecht ten grondslag behoren te liggen. Met het historisch gebeuren vormen zij de basis van het antirevolutionnaire program. Groen van Prinsterer, de voorganger van Kuyper, streefde vooral naar handhaving van het christelijk karakter van de instellingen in staat en maatschappij. Kuyper nam als grondslag voor zijn leer de aan God gebonden persoonlijkheid die hij in een straffe organisatie tot gelding trachtte te brengen, wat afsplitsing veroorzaakte van de groep van A. F. de Savornin Lohman, zoals zich ook een democratische vleugel onder Staalman afscheidde. Onder de opvolger van Kuyper, Colijn, kwamen weinig nieuwe denkbeelden tot ontwikkeling.

Het grondbeginsel der antirevolutionnairen omtrent de verhouding van gezag en onderdaan heeft veel overeenkomst met de katholieke visie doch valt er niet mee samen. Het regeren „bij de gratie Gods” krijgt bij hen een te regelrecht goddelijk fundament.

< >