Expositie (van het Latijn: Expositio, 'presentatie') is een term uit de narratologie waarmee de informatie wordt bedoeld die een schrijver aan het begin van het verhaal geeft over de personages en hun achtergrond. Een andere gangbare uit het Engels ontleende vakterm is 'backstory'.
In het Oudgriekse klassieke theater maakten de dramaturgen gebruik van de proloog (door een 'koor') en ook in het Engels renaissancetheater schetste een spreker of koor vooraf de situatie (tijd en plaats en omstandigheden). Een bekend voorbeeld is de proloog van Romeo and Juliet van Shakespeare, waarin het koor het publiek toespreekt:
"Two households, both alike in dignity
"In fair Verona, where we lay our scene),
From ancient grudge break to new mutiny,
Where civil blood makes civil hands unclean.
From forth the fatal loins of these two foes
A pair of star-crossed lovers take their life,
Whose misadventured piteous overthrows
Doth with their death bury their parents' strife."
Zo weet de toeschouwer meteen dat het verhaal draait om twee elkaar vijandige families in Verona, en dat dit tot een bloedig drama zal leiden. De door het lot verdoemde ('star crossed') geliefden - Romeo en Julia - zullen door hun dood de twee families echter terug verzoenen. De expositionele informatie die de schrijver aan het begin van een verhaal levert, verschaft de lezer of toeschouwer dus voldoende informatie om beter te begrijpen waardoor de personages doen wat ze doen in de gegeven omstandigheden.
In de expositie wordt verteld wat er gebeurde voor het verhaal in het boek of in de film van start gaat. De schrijver/scenarist schetst de beginsituatie, de conflicten tussen de personages, tijd, plaats en de omstandigheden, en hangt zo een beeld op van het milieu en de achtergrond waartegen het verhaal zich afspeelt. De kunst is om in de expositie niet teveel te vertellen, maar alleen die informatie te leveren die de lezer of toeschouwer nodig heeft.
Niet elke film of verhaal begint met een expositie. De schrijver kan er bijvoorbeeld voor kiezen om de noodzakelijke informatie te leveren door enkele mensen te laten praten over wat er is gebeurd. Deze techniek, die In het Engels 'The sewing circle dialogue' ("het naaikransje") wordt genoemd, is echter een wat te gemakkelijke en vooral saaie oplossing die in schrijf- en scenario-opleidingen sterk wordt afgeraden.
Soms kiest de schrijver ervoor om zijn of haar verhaal te beginnen met een minimum aan expositie. Zo laat de film 'Heaven Knows, Mr. Allison' uit 1957 in de openingscscène een strand zien, en een gehavende rubberboot die op het strand aanspoelt. Als de halfdode marinier (Robert Mitchum) uit het bootje kruipt, komt een non (Deborah Kerr) dichterbij. Zulke opening maakt het extra spannend en mysterieus, maar doordat de expositie zo minimaal is of zelfs helemaal ontbreekt, laat het de toeschouwer een tijd in het ongewisse over wat zich precies afspeelt.
Een tegenwoordig vaak toegepaste verteltechniek, die de lezer als het ware meteen in het verhaal meezuigt, is 'in medias res'. De film of een ander verhaal begint hier ineens met een actiescène alsof men zich midden in de film bevindt. Een film noir begint vaak in medias res: in de openingsscène ziet men bijvoorbeeld een moord gebeuren (Crossfire), of iemand die op de vlucht slaat (Dead Reckoning), en vervolgens wordt het verhaal in flashbacks verteld die de ontbrekende informatie invullen die niet werd geleverd door een expositie of backstory.